’t Looiers Huys, een rijksmonument als gezinshuis

Hoe bewoner Aege in samenwerking met onder andere architect Quinten de Meyere, gespecialiseerd in monumenten, een smaakvol en karakteristiek monumentaal woonhuis creërde met oog voor detail en geschiedenis. ‘We voelen ons bevoorrecht dat we onderdeel hebben mogen zijn van de lange geschiedenis van dit monument, gebouwd in 1736. Ons gezin is voor dit huis en haar historie slechts een passant. We voelen ons verantwoordelijk om het in stand te houden of, liever nog, in betere staat door te geven aan de volgende bewoners. We hebben het huis met plezier klaargemaakt voor de hedendaagse verwachtingen. Het staat in een voor ons bijzondere buurt van Amsterdam, in een stil straatje in het centrum. Op loop- of fietsafstand van alles dat het dagelijks leven voor ons prettig en gemakkelijk maakt.’

Dit rijksmonument, gebouwd in 1735, betreft een pand met een karakteristieke halsgevel. In die tijd lieten veel architecten zich inspireren door de vormen van de klassieke oudheid en pasten deze aan naar de Hollandse smaak en de beschikbare bouwmaterialen, met een gevoel van eenvoud. In 2020 onderging deze woning een uitgebreide renovatie, zowel aan de buitenkant als aan de binnenkant, onder leiding van de huidige eigenaar, bijgestaan door monumentenarchitect Quinten de Meyere. Het verleden werd grondig bestudeerd, terwijl er ook aandacht was voor moderne functionaliteit. Zo werden bijvoorbeeld muren verwijderd om een meer open karakter te creëren, werden er drie slaapkamers en twee badkamers gerealiseerd, en werd er nauwgezet gelet op details zoals de keuze van armaturen, het optimaliseren van de schuiframen (goed gangbaar en tochtdicht gemaakt), het kleurenpalet op de muren en de toevoeging van kachels voor extra warmte en sfeer. Het resultaat is een hoogwaardige restauratie die heeft geleid tot een verfijnde en smaakvolle woonomgeving.

‘Het gezinsleven speelt zich af rond de kleine eettafel in de keuken, in het najaar en de winter met de houtkachel aan. Aan de eettafel  hebben we wekelijks plezier gemaakt met familie en vrienden. Onze jongste geniet met vriendjes of vriendinnetjes van de entresol, die we tot haar speelkamer hebben gemaakt. En van de schommel in de tuin.’

‘Onze jongste zit op de lagere school op loopafstand, de ASVO. Tegenover ons huis is de Kleine Reus. De metro Noord-Zuidlijn is op de hoek van de straat, waarmee je vlot en makkelijk naar het CS en Schiphol reist. Naar de Albert Cuypmarkt wandelen we verschillende keren per week voor boodschappen. De auto staat in de parkeergarage boven het metrostation op de Vijzelgracht, op 80 meter lopen. De Utrechtsestraat is acht minuten lopen, via het Amstelveld waar de kinderen buitenspelen.”

‘Het aanbod in de buurt is geweldig. Proper Indofood op de hoek van de Vijzelgracht voor uitstekende Indische take-away. Holtkamp. Buffet van Odette. Back to Black. De Koffie Salon. Zoldering. Tosties bij Onder de Ooievaar. Cafe Marcella aan het Amstelveld. Bistro de la Mer en restaurant de Juwelier. Cafe van Leeuwen van Robbie. De Albert Cuypmarkt met koffie van De Wasserette. Vis van Siem Schilder en kip van Chris Kip. Fiets Consult Utrechtsedwarsstraat onderhoudt de fietsen. Fantastisch belegde focaccia van Zero Zero in de Nieuwe Spiegelstraat. Uitstekende pizza van Bar Do op de hoek van de Vijzelgracht. Op loopafstand zijn diverse filialen van AH en een Ecoplaza.’

‘In de tuin gebruiken we het hele jaar door de BBQ om te koken. We ontbijten, lunchen, borrelen en dineren in het voorjaar en de zomer buiten. De tuin is omsloten, beschut, waardoor het er al gauw behaaglijk is. De ochtendzon op het bankje bij het aanrecht, de middagzon op het bankje bij de tuindeur. De zitkamer is overdag een rustige plek om te lezen; na het eten steken we daar in het najaar en de winter de houtkachel aan, wat het in een handomdraai heel gezellig maakt. Voor het slapengaan lezen we de jongste voor in de grote witte stoel in haar slaapkamer.’

‘Er zal weer een ander warm nest op ons pad komen. Als er al iets is dat we gaan missen, dan is het de ruimte, de rust, de gezelligheid in het huis en de tuin, de sfeer waarin iedereen zich direct welkom voelt. Het zonlicht dat weerkaatst in de ramen van de buren en altijd ergens in huis schittert. Beide houtkachels die het najaar en de winter bijzonder maken. De tuin, waar we in het voorjaar en de zomer zo veel van hebben genoten. Op loopafstand van alles wat het leven fijn maakt.’